maandag 11 mei 2009

Fear Not: Een briefje uit de hemel.

Dit verhaal heb ik gekregen van de vrouw waar ik hierboven over vertel:

Een briefje uit de hemel.

“ Kom tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven.

Al vanaf mijn 16e voel ik mij eenzaam, belast en vermoeid. Naarmate ik ouder werd nam dat nog toe. Een groot zwart gat zat er binnen in mij. Een stuwmeer van tranen. Een aantal jaar geleden ben ik bij een genezingsdienst geweest. De voorganger zag mij aan en zei “er is je veel verdriet aangedaan”. Vanaf dat moment gingen de sluisdeuren open en stroomden er rivieren van verdriet naar buiten. Wat ik voelde kreeg een naam: verdriet. De zoektocht naar wat dat verdriet had veroorzaakt begon. Gaandeweg kon ik de oorzaken benoemen: afwijzing, teleurstelling, seksuele intimidatie en eenzaamheid. Dit alles leidde tot verdriet, angst en vooral verlorenheid. Wie ben ik? Hoe ziet God mij. Het boek van Neil T. Anderson “ overwinning over de duisternis; Weten wie je bent in Christus dat is je kracht”. Gaf mij daar meer zicht op. Verstandelijk, niet gevoelsmatig. Mijn gevoel werd nog steeds beheerst door wat anderen van mijn vonden of wilden. En daardoor ook mijn gedrag. Ik ben iemand die aanvoelt wat anderen nodig hebben, willen of belangrijk vinden. Uit angst om afgewezen te worden, denk ik, paste ik mij feilloos aan. Ondanks het verdriet en teleurstelling dat dat mij opleverde. Meer en meer kwam ik in een spagaat. Ik wilde authentiek zijn, zijn wie God wilde zoals ik zou zijn. Maar hoe doe je dat als je steeds een andere kant op geduwd wordt? Een eenzame zoektocht en een eenzame, zware strijd volgde. Ik wist dat ik niet alleen was, en dat God er altijd bij was. Hij was mijn fundament. Maar vervolgens moest ik wel zelf mijn leven lijden. Ik wist dat ik alles en iedereen, inclusief mijzelf moest loslaten en toevertrouwen aan God. Maar dat valt niet mee als je een onrustig mens bent. Als je gedachten nooit stilstaan en rustig slapen niet bij je past, als er geen vrede is in je hart. Leven was al bijna 25 jaar overleven. Met momenten dat ik niet meer wilde en kon. Na op een zaterdagavond met een mes mijn pols te hebben bewerkt werd het tijd voor de huisarts. Hij raadde mij antidepressiva aan. Ik wist dat ik daar (nog) niet aan wilde. God was toch veel machtiger dan antidepressiva?!
Om te overleven had ik allerlei trucjes en hulpmiddelen ingeschakeld. Maar ik wist dat als ik echt op God vertrouwde en Hem Koning over mijn leven wilde laten zijn, ik dat alles op moest geven. Jaren van strijd volgden om los te laten, alles over te geven en God volledig te vertrouwen. Het ging steeds beter, toch wist ik dat het moment suprème nog moest komen. Een aantal “ hulplijnen” moesten nog worden doorgesneden. Als onrustige slaper droom ik veel, heldere dromen die mij voor uit hielpen op de weg die ik moest gaan. Psalm 127 was mij tot steun “ God geeft het zijn beminden in de slaap”.

De nacht van zondag 8 maart op 9 maart jl. was een onrustige nacht. Veel dromen, vaak wakker met hartkloppingen en angst/paniekgevoelens. Vlak voor het ontwaken had ik een bijzondere droom. Het slot van die droom was zo belangrijk en zo vol kracht. De dagen/weken voorafgaand aan deze zondag wist ik dat ik de laatste hulplijnen moest doorsnijden als ik echt God wilde volgen. Maar dat voelde zo moeilijk. Alsof ik zou gaan bumby jumpen zonder touwen! Maar God stuurde mij in die droom een briefje uit de hemel. In die droom wilde ik een appartementencomplex binnengaan. Voor de deur achter mij dichtsloeg kwam er een klein jongetje aangelopen. Hij had een wit briefje in zijn hand. Hij hield mij tegen en gaf het briefje aan mij. Hij zei er bij “ hier, dit moest ik van Jezus aan je geven”.
Het was een klein vierkant papiertje. Daarop stond in grote, zwarte, duidelijke letters NO FEAR.
Geen angst! Geen angst voor het loslaten van mijn eigen reddingslijnen. Geen angst voor wat anderen zouden zeggen of vinden van mij. Geen angst om gevoelsmatig in de afgrond te storten. Het kon niet duidelijker: “Heb geen angst, Ik ben bij je” .

Ik heb de reddingslijn toen doorgesneden en gezegd dat ik volledig op God vertrouwde. Soms greep ik er weer naar, maar liet het ook weer los.
En ik ben nooit diep gevallen. God’s armen waren onder mij en om mij heen.
Sinds enkele weken draag ik in mijn broekzak een “tag” (militair plaatje) met de tekst “FEAR NOT”. Het moest zo zijn dat dat bij Samma lag. Natuurlijk weet ik dat ik geen angst hoef te hebben. Maar het is goed om het ook letterlijk te voelen. Om te weten dat God zo nabij is en tot mij spreekt. Iedere dag weer. Het is mijn diepste verlangen om God te volgen, mij aan Hem toe te vertrouwen en te zijn wie Hij wil dat ik zal zijn. Ik heb daar mijn leven lang nog voor nodig. Maar ik hoef niet bang te zijn. Mijn eigen reddingslijnen hielden mij vast aan mijn oude ik. Daarmee verloochende ik mijzelf en God’s plan met mij. Loslaten is niet eenvoudig, het kost strijd, nog steeds, in God heb ik rust en als God voor mij is, wie kan er dan tegen mij zijn?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten